
Lijstjes en jaaroverzichten zijn niet aan mij besteed. Als iemand die in de Sovjet-Unie geboren is, beleef ik deze periode altijd wat minder uitbundig dan in het westen normaal is. Tot 2000 had deze dag nog wel enige magie, maar sindsdien is nieuwjaarsdag eigenlijk een dag als alle anderen. Waarom moeten we vandaag terugkijken en niet overmorgen, of volgende week? En al dat vuurwerk. Nee, voor mij hoeft dat allemaal niet.
Op een forum zie ik een oproep voorbij komen van een vrouw die haar lieveling kwijt is. Weggelopen na een harde knal. Er staat een foto bij met twee honden. Links een witte, rechts een zwart met witte. Het gaat om het rechter hondje, een Franse bulldog, zo te zien.
Onder de noodroep staan al tientallen reacties van mensen uit de stad en zelfs van daarbuiten. Ze adviseren om contact op te nemen met een aantal opvangplekken. En dierenambulances worden genoemd, met telefoonnummers. Zelfs noodnummers. Het bericht staat nog geen uur online en is al 52 keer gedeeld.
Al scrollend rol ik in een artikel over het vieren van de jaarwisseling in New York City. Op Times Square kun je de bal zien vallen en terwijl de confetti op je neerdaalt luid je dan met vele duizenden onbekenden het nieuwe jaar in. In een spontane opwelling besloten wij dat een jaar of twintig geleden ook een keer te doen, want we zijn toch in de buurt.
Het is echt stervenskoud als we ons door sneeuw en ijs een weg banen naar het plein. De politie leidt alles in goede banen en met een man of 1000 worden we in een vak gestopt. Achter ons wordt het hek gesloten. Als je eruit gaat, dan ben je die plek kwijt. In die kaarsrechte straten van Manhattan is de wind de baas. Het is min 10, gevoelstemperatuur van min 25.
We staan in het derde of vierde vak van voren, net achter een hele groep Japanners. Zij zijn iets ouder dan wij en hebben zich met luiers goed op de avond voorbereid. Ze hebben warme snacks in de jaszaken en drinken bloedhete thee uit kleine thermoskannen. Wij hebben wel iets te eten bij ons, maar er niet bij stilgestaan dat het onmogelijk is om daar naar toilet te gaan. Het is net negen uur, dus we moeten nog even.
En dan sta je daar, als haringen in een ton op een plein dat koud optrekt. Hele fijne sneeuw raast over ons heen en de kou snijdt in onze gezichten. Om kwart voor tien houden we het voor gezien. Koukleumend verlaten we ons vak. We vieren de jaarwisseling uiteindelijk een straat verder, met jazzmuziek in ons hotel.
De herinnering aan die ’thuiskomst’ in die warme en gezellige lobby doet me glimlachen. Ergens moet ik trouwens nog een bril hebben van die jaarwisseling. Zo’n witte, met blauwe en rode strepen, en zilveren sterren. Als ik hem tenminste niet heb weggegooid. Opgewekt klik ik die webpagina dicht.
Daaronder staat het forum nog open. Het bericht van de vermiste lieveling is inmiddels enige honderden keren gedeeld. Duizenden mensen hebben gereageerd en louter positief. Er is zelfs een oproep om met een groep buurtbewoners actief te gaan zoeken. Dat vind ik lief en ik hoop voor hen dat de lieveling niet vast zit in een enge donkere tunnel …
Het opkruipende cynisme weet ik verder te onderdrukken. Ik ga me voorbereiden om de kaarsen in de kandelaar aan te steken. Dag zeven vandaag, dus één kaars extra en één minuut meer daglicht dan gisteren.
Fijne jaarwisseling en een vredig 2025.